
Ieder mens heeft levensdoelen: de doelen die wij die al dan niet bewust stellen en waardoor wij zingeving ervaren. Deze levensdoelen kennen een hiërarchie: het ene doel is belangrijker dan het andere. Door ons leven heen kunnen die levensdoelen veranderen. Wanneer iemand wordt geconfronteerd met lijden, kunnen bepaalde doelen belangrijker worden – en andere doelen juist totaal onbelangrijk. Dit kan blijvend zijn, of weer terug veranderen.
Levensdoelen
Levensdoelen zijn gebaseerd op persoonlijke waarden en overtuigingen.[1] Levensdoelen hebben daarmee een eigen plek in ons betekenisgevingssysteem. Door onze ervaringen kunnen waarden veranderen: ze worden belangrijker, of juist niet. Als de onderliggende waarde wijzigt in belangrijkheid, verandert ook de prioriteit van het levensdoel.[2]
Lijden
Wanneer er sprake is van lijden, bijvoorbeeld omdat iemand ziek wordt, worden existentiële vragen gesteld, zoals: ‘wat is de zin van mijn leven in het kader van mijn ziekte?’, ‘wat kan ik nog in mijn leven?’, ‘wie ben ik onder deze nieuwe omstandigheden?’.
“Wie horizontaal leeft,
gaat verticaal denken”.
– spreekwoord –
Op het moment dat de antwoorden op deze vragen veel verschillen van de antwoorden die we in de oude situatie zouden geven, vindt een verschuiving in ons betekenisgevingssysteem plaats. Oftewel: als we door ziekte bepaalde zaken niet meer kunnen, of wanneer we worden geconfronteerd met een onzekere toekomst, dan verandert ons betekenisgevingssysteem. Er worden andere zaken belangrijk en mensen gaan andere prioriteiten stellen. De hiërarchie in onze levensdoelen verandert dan.
Verandering van persoon door lijden
Lijden kan een reden zijn waardoor mensen heel anders in het leven gaan staan. Mensen die ongeneeslijk ziek zijn (geweest), vertellen dikwijls dat zij hele andere dingen in het leven belangrijk zijn gaan vinden. Voor de omgeving kan dit heel ingewikkeld zijn. Het betekenisgevingssysteem van de persoon in kwestie is veranderd, maar dat van de mensen in de omgeving niet.
Zingevingsgerichte therapie
Gebaseerd op de logotherapie van Victor Frankl, is de zingevingsgerichte therapie (meaning-centered psychotherapy) ontwikkeld. Deze vorm van psychotherapie ondersteunt mensen in hun zingeving bij (terminale) ziekte. De therapie gaat uit van het grondbeginsel dat er in elk moment in het leven zingeving kan worden ervaren. Het is het verlangen naar deze zingeving dat de mens ten diepste motiveert.[3]
Levenservaringen
Niet alleen door lijden verandert ons betekenisgevingssysteem. Ook het ouder worden brengt veranderingen teweeg. In feite vormt elke levenservaring ons betekenisgevingssysteem. Het maakt daarvoor niet uit of je gelovig bent of niet, wel of je bewust stilstaat bij zingeving.[4]
Reflectievragen:
– welke waarden zijn voor jou onafhankelijk van levensomstandigheden?
– welke levensdoelen zijn nu anders dan vroegere levensdoelen?
[1] Emmons, R. A. (2005). Striving for the Sacred: Personal Goals, Life Meaning, and Religion. In: Journal of Social Issues, 61, 4: 731-745.
[2] Park, C. ‘Religion and Meaning.’ in Paloutzian, R.F. & Park, C.L. (ed.) Handbook of the Psychology of Religion and Spirituality. New York – London: The Guilford Press, 2005.
[3] Lichtenthal, W., Roberts, K. Pessin, H. Applebaum, A., Breitbart, W. (2020). Meaning Centered Psychotherapy and Cancer: Finding Meaning in the Face of Suffering. In: Psychiatric Times, 37, 8: 23-25.
[4] Schnell, T., Keenan, W.J.F.. (2011). Meaning-Making in an Atheist World.In: Archive for the Psychology of Religion, 33, 55-78.

![Zingeving [leestijd: 4 minuten]](https://vocaris.nl/wp-content/uploads/2025/06/Vocaris-©-Zingeving.png)
![Levensdoelen [leestijd: 5 minuten]](https://vocaris.nl/wp-content/uploads/2025/06/Vocaris-©-Levensdoelen-1.png)